Hoofdconducteur kwetsbaarder voor agressie, treinen rijden steeds op tijd

“Eindelijk hebben mensen het door. Iedereen blijft nu zoveel mogelijk thuis,” meldt NS-hoofdconducteur Jan Timmermans opgelucht. Aan het begin van de corona-crisis zag Jan nog een toename van het aantal dagjesmensen. Of forenzen die de spits ontweken, maar juist midden op de dag de trein pakten voor een werkafspraak. “Afgelopen zaterdag begon ik 17.30 uur met werken en Rotterdam Centraal was leeg! NS zet minder treinen in, maar ze zijn wel allemaal zo lang mogelijk. Op die manier kunnen de mensen die toch meegaan, verspreid gaan zitten.” Omdat het minder druk is, staat er steeds maar één conducteur op een trein. “Dat maakt ons wel kwetsbaarder,” zegt Jan daarover.

“We ervaren meer agressie van reizigers en mensen overtreden eerder de regels. Bijvoorbeeld het meenemen van een fiets zonder te betalen,” licht Jan toe. “En mensen denken dat we helemaal niet meer controleren, maar dat is niet waar! We vragen reizigers juist hun kaart klaar te houden. Die raken we niet aan en we reinigen het scan-apparaat tussendoor met desinfecterende doekjes. De treinen zelf worden extra goed schoongemaakt na elke rit, op Den Haag Centraal bijvoorbeeld met speciale stoommachines. De schoonmakers kunnen heel gefocust alle knoppen en palen reinigen omdat er minder troep overal ligt.”

Normaalgesproken werkt Jan, als Brabander met standplaats Rotterdam, 36 uur per week op de trein. Nu is hij ook veel thuis en oproepbaar vanwege de aangepaste dienstregeling. Daar geeft hij thuisonderwijs aan zijn twee dochters. En houdt hij zijn kennis op peil, bijvoorbeeld voor zijn certificering als buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA): “Die theorie is hetzelfde als de politie leert,” zegt Jan hierover. “Op dit moment kunnen we alleen geen boetes uitdelen aan mensen die te dicht op elkaar zitten in de trein, omdat dat een gemeentelijke verordening is. Terwijl er echt plaats zat is om verspreid te gaan zitten en tijd genoeg om rustig in te stappen en een veilige plek te zoeken. Doordat er geen oponthoud op de stations is, rijden we steeds op tijd.”

Interview en tekst: Lisa Koolhoven