Petra Prent en Nicole van Vonderen: geïsoleerde vrouwen participeren door het maken van duurzame producten

“Voor mijn webshop werkte ik veel samen met twee mannen uit Turkije. Ze namen vrij als hun vrouw naar de dokter moest, om voor haar te vertalen,” vertelt Petra Prent hoe haar idee voor Mijn Buuf ontstond. Met de nieuwe instroom van vluchtelingen zag Petra hetzelfde gebeuren: “Nagereisde vrouwen verdwijnen uit beeld na de inburgeringsperiode. Terwijl zij wel een nieuwe generatie Nederlanders opvoeden.” Met ‘100% NL’ en snorrende naaimachines op de achtergrond, vertellen Petra en medeoprichter Nicole van Vonderen hoe Mijn Buuf deze vrouwen helpt de regie over hun leven te (her)pakken.  

Petra en Nicole ontmoetten elkaar jaren geleden via de sportvereniging van hun dochters: “Het klikte omdat we allebei in een blauw jasje langs de lijn stonden aan te moedigen.” Nicole werkte toen als marketeer in loondienst en Petra had een eigen bedrijf, waarnaast zij vrijwilligerswerk deed. Als taalmaatje voor vluchtelingen realiseerde zij zich dat veel vrouwen met een taalachterstand nauwelijks het huis uitkomen. Met de komst van nog meer vluchtelingen besloot zij het roer om te gooien. Nicole deed hetzelfde na het overlijden van haar moeder, die tijdens haar ziekbed zei dat haar leven niet was gelopen zoals zij graag had gewild. Nicole zegde haar baan op, begon voor zichzelf en dacht na over de maatschappelijke waarde die zij kon toevoegen.  

Marktonderzoek op de fiets

“Toen kwam Petra bij me met het idee voor Mijn Buuf,” vertelt Nicole. “Dat was letterlijk wat het nu geworden is: het empoweren van geïsoleerde vrouwen door ze op een veilige plek middenin de maatschappij samen iets met hun handen te laten doen.” Petra vult aan: “Als je met je handen werkt, maak je je hoofd leeg. Iets maken is niet een doel op zich, maar een middel om talenten te spotten.” Een goed idee, vond ook Nicole, maar ze zei daarbij: ‘We gaan wél marktonderzoek doen!’ En dat deden ze: Nicole bracht bestaande initiatieven in kaart en bekeek de statistieken van migranten in Den Haag. “In het najaar van 2017 zijn we de hele stad doorgefietst,” vertelt Petra hoe ze samen letterlijk de markt verkenden. “We zijn overal langs geweest en hebben gezien wat er is aan activiteiten voor vrouwen. We merkten dat veel initiatieven elkaar niet kenden en gaven flyers door.” Petra en Nicole ontmoetten ook weerstand: “We kregen reacties als ‘leuk dat je jezelf wilt bezighouden, maar die vrouwen moeten gewoon uit de uitkering’. Dan vervloekten we diegenen die het niet zagen zitten en gingen we de kroeg in,” vertelt Nicole lachend.  

Springplank tussen aanrecht en samenleving

Ze lieten zich niet uit het veld slaan, maar stelden wel een ultimatum: “Als we voor de zomer van 2018 geen plek hadden om te starten, zouden we ermee kappen,” zegt Petra hierover. Hun fondsaanvraag voor naaimachines en materialen werd gehonoreerd en door crowdfunding konden zij een ruimte huren in SoZa, het voormalig Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. “We zitten op een plek waarnaar de meeste vrouwen met de tram of de fiets moeten komen,” geeft Nicole aan. “Dat vinden we belangrijk, want met een activiteit in de buurt kom je niet uit je bestaande cirkel. Zo zijn we echt een springplank tussen aanrecht en samenleving!” Verder onderscheidt Mijn Buuf zich doordat de vrouwen er de tijd krijgen tot zichzelf te komen en te ontdekken wat ze leuk vinden en waar ze goed in zijn. “Vaak hebben ze te maken met trauma’s en ervaren ze veel stress,” legt Petra uit. “Wij bieden maatwerk zodat elke vrouw in haar eigen tempo kan ontwikkelen.” Intussen zijn 34 vrouwen minstens twee keer per week bij Mijn Buuf. Petra is er als vrijwilliger dagelijks te vinden, daarbij elke dag ondersteund door iemand anders, onder wie Nicole.  

Vouwtas voor Lesbos

Mijn Buuf houdt graag haar eigen broek op en mag intussen The Student Hotel – Den Haag én Berlijn -,  het Nationaal Archief, MBO Rijnland en Exact tot haar klanten rekenen. Deze organisaties nemen de door de vrouwen gemaakte tassen en etuis af, die zoveel mogelijk uit restmaterialen bestaan. Dat begon allemaal in 2018 met de vouwtas voor Lesbos van oude banners, waarvoor Petra het prototype ontwikkelde. In samenwerking met ‘Movement on the Ground’ zorgen de dames van Mijn Buuf dat bootvluchtelingen hun documenten en de kleding en verzorgingsproducten die zij na aankomst krijgen, handig bij zich kunnen houden. “Op deze manier iets doen voor een ander geeft ook onze vrouwen een goed gevoel,” zegt Nicole hierover. “Ze maakten ze eerst allemaal zelf, maar intussen geven ze ook workshops aan bedrijven die de tassen als teamuitje maken.” De inkomsten uit deze evenementen, de verkoop van vouwtassen en andere producten, gaan naar de huur, materialen en machines van Mijn Buuf. En naar de reiskosten van de vrouwen: “Wie minimaal twee keer per week komt, krijgt een OV-kaart, waardoor ze er ook op andere dagen makkelijker op uit kunnen,” vertelt Petra. Het atelier van Mijn Buuf is ‘in bedrijf’ van maandag tot en met donderdag. “Op vrijdagen bieden wij de vrouwen trainingen en cursussen,” geeft Petra aan, “bijvoorbeeld voor taal en empowerment.”  

Veilige haven én kweekvijver

“De vrouwen moeten hier niks,” benadrukt Nicole, “behalve op tijd zijn, afbellen als ze niet of later komen en de eigen werkplek opruimen. En we vinden het belangrijk dat ze aangeven als ze iets niet prettig vinden of als ze iets juist graag willen. We vragen ze ook om Nederlands te praten. Vaak durven ze dat niet, omdat ze er thuis om worden uitgelachen door de kinderen.” Petra houdt de vrouwen altijd voor: “Je hoeft van mij niet te werken of allerlei ingewikkelde dingen te doen, maar als je man wegvalt…” Dat is de reden dat Mijn Buuf start met een uitzendbureau om de vrouwen naar een stage of een (leer)werkplek door te laten stromen. Nicole en Petra zetten hiervoor hun eigen netwerk in. Mijn Buuf is een kweekvijver voor talent en een veilige haven: “Wij bespreken alles met de vrouwen,” vertelt Petra, “relaties en seks, ongesteld zijn en hoofddoeken.” Ook zware onderwerpen als mishandeling komen aan bod. “Het is fijn om na zo’n gesprek stoom af te kunnen blazen bij elkaar,” zeggen Petra en Nicole hierover. “We zitten hier vaak te janken, maar we kunnen ook onwijs lachen met z’n allen.” “De verhalen van de vrouwen relativeren je eigen stress,” geeft Nicole aan. Wat Petra doet om te ontspannen? “Als alles hier leeg is, zit ik vaak nog een uurtje voor mezelf te fröbelen.”  

CORONA-UPDATE OKTOBER 2020

“Sommige van onze deelneemsters hebben dit voorjaar echt acht weken binnen gezeten met de corona-lockdown,” vertelt Petra Prent aan de grote ronde tafel in één van de ruimtes van het nieuwe atelier van Mijn Buuf. “Voor een aantal voelde het als ‘terug achter de gordijnen’, ze vonden het eng om er weer op uit te gaan. Anderen zijn juist extra gemotiveerd om mee te doen, omdat ze thuis hun kinderen met school moesten helpen. Het was confronterend voor ze als dat moeilijk ging.” Tijdens de lockdown onderhield Mijn Buuf zo goed mogelijk contact met de vrouwen: “We dronken elke woensdagochtend virtueel koffie en zetten een buddynetwerkje op met de vrijwilligers. Daar waar hulp nodig bleek bij de gezinnen van onze deelneemsters, hielpen we. Met boodschappen, kinderboekjes, een voedselbankaanvraag of een naaimachine om thuis wat om handen te hebben.” Zodra het kon en nodig bleek voor het reizen met het openbaar vervoer, is Mijn Buuf in groepjes van twee vrouwen tegelijk, mondkapjes gaan maken: “We gebruiken hiervoor het polyester van oude vlaggen, die we voeren met nieuw katoen en een filter. Twee weken lang hebben we op de coronaregels gehamerd,” zegt Petra lachend. “Toen deze waren ingeslepen, zijn we steeds vrouwen gaan toevoegen aan de groepjes. We werken in ploegen zodat mocht iemand toch besmet raken, niet de hele bezetting thuis hoeft te blijven.” Ook de productie van accessoires van hergebruikte materialen is hervat. Daarnaast is Mijn Buuf nieuwe samenwerkingen aangegaan, met Taal aan Zee, Stichting Lotje, Stichting Schuldhulpmaatje en Stichting Lezen en Schrijven.

https://www.mijnbuuf.nl/  

Interviewer en auteur: Lisa Koolhoven

Dit verhaal maakt deel uit van de Female Change Agents-reeks. Meer over dit project lees je hier: https://verhalenpodium.nl/female-change-agents/